Naam: Villa Costa te Scheveningen
Type: villa's;
Uitgevoerd: ja
Bestaand: nee
Architecten: Saraber, E., 1864;
Adres: Strandweg, 2586 JW, 's-Gravenhage;
Bijzonderheden:

Rond 1864 werd aan het verlengde van de Strandweg, even ten noorden van het Stedelijk Badhuis een drietal villa’s gebouwd. Vanaf het Badhuis gezien waren dat respectievelijk Villa Jacobson, Villa Costa en Villa Mar. De middelste, Villa Costa, was gebouwd naar een ontwerp van Saraber. Het gebouw heeft twee verdiepingen en een onderbouw. Deze onderbouw ligt aan landzijde op maaiveldniveau en is gedeeltelijk in het duin gebouwd. Twee kwartronde keermuren zorgen voor bescherming tegen het duinzand. Op deze verdieping zijn de voorzienende functies gesitueerd zoals de opslagruimtes, keuken en waskamer. Op de begane grond, die aan zeezijde op straatniveau ligt, zijn de verblijfsruimtes en een tweetal logeerkamers geplaatst. De eerste verdieping huist de privé vertrekken van de eigenaar, zoals het boudoir en de slaapkamer. Ook op deze verdieping is een logeerkamer te vinden. Het gebouw doet sterk denken aan het Hôtel Garni dat een aantal jaren ervoor was gebouwd. Aan zeezijde heeft het een tweetal paviljoens waartussen op elke verdieping een veranda ligt. De paviljoens zijn bekroond met frontons en gedecoreerd met schelpen op de punten. De gevel oogt symmetrisch ware het niet dat er een tweetal kabinetten als uitbouwen tegen de paviljoens zijn geplaatst. De eerste is vierkant met afgeschuinde hoeken tegen het noordwest paviljoen, de ander is zeshoekig en geplaatst tegen de zuidwester hoek van de villa. Beide kabinetten zijn éénlaags en bieden ruimte voor twee balkons voor de eerste verdieping. De hoek waartegen dit kabinet is gebouwd is afgeschuind. Aan de zuidzijde van de villa, tussen het zeshoekige kabinet en een uitgebouwd portaal is een serre aangebouwd. De zuidgevel boven de serre is bekroond met een fronton en heeft bovendien een oculus. Het venster op de eerste verdieping is een blind venster. De oostgevel aan landzijde heeft eveneens twee paviljoens maar deze staan dichter bij elkaar dan die aan zeezijde. Het zuidpaviljoen aan deze gevel steekt verder uit dan het noordpaviljoen en is met eenzelfde fronton bekroond als de paviljoens aan van de westgevel. Achter dit paviljoen zijn de keuken, een logeerkamer en de slaapkamer gelegen. Het venster van de slaapkamer op de eerste verdieping is blind. Het andere paviljoen behuisd het trappenhuis. In de plattegrond van de eerste verdieping zien we tegenover het hoofdtrappenhuis een ander trap naar boven getekend. Dit zal de trap naar de vliering zijn. De gevel van dit paviljoen heeft een kroonlijst.De noordgevel is blind en heeft een rechte dakrand met een dakschild er boven.
Over de opdrachtgever is vooralsnog niet bekend. Wel is bekend dat W. de Ridder er ooit woonde. Deze bankier was de voorzitter van de Haagsche Pro-Boer Vereeniging en had de Zuid-Afrikaanse president Paul Kruger zijn woning ter beschikking gesteld tijdens diens bezoek aan Scheveningen, van 6 tot 13 augustus 1902. De grond met villa was een aantal jaren daarvoor, in 1897, al verkocht aan de Maatschappij Zeebad-Scheveningen. 17 jaar daarvoor, in 1879, was het ook al een keer van eigenaar gewisseld. De koper destijds heeft een aardige winst uit deze grond gehaald; bij aankoop betaalde hij een grondprijs van f0,06 per m2, in 1897 verkocht hij het voor f21,- per m2.
In 1909 is Villa Costa gesloopt om plaats te maken voor het Palace Hotel.

  Literatuur

Illustraties:

Literatuur wordt geladen ...